Over onsOver ons

Nieuwe Instituut is het nationale museum en instituut voor architectuur, ontwerp en digitale cultuur. Het is een publieke instelling die de Rijkscollectie voor Architectuur en Stedenbouw en Huis Sonneveld beheert, tentoonstellingen maakt en programmeert, debat en gesprekken organiseert, onderzoeken initieert, ontwerpers steunt en adviseert en internationale projecten realiseert. We doen dat vanuit de disciplines architectuur, ontwerp en digitale cultuur, die grofweg de ruimten, objecten en interacties vertegenwoordigen die bepalend zijn voor de vormgeving van de wereld om ons heen. Het instituut werkt lokaal, nationaal en internationaal, en wordt gedreven door dringende sociale en ecologische vraagstukken. Het heeft het mandaat om te experimenteren, grenzen te verleggen en nieuwe wegen in te slaan.

Het werken vanuit meerstemmigheid en het stimuleren van uitwisseling tussen de verschillende stemmen is wat ons betreft de sleutel tot een genereus en gastvrij instituut waar uiteenlopende ontwerpers en publieksgroepen zich welkom kunnen voelen. Meerstemmigheid laat zich zien in onze programma’s, in de samenstelling van het team en de ontwerpers met wie we werken. Het is het fundament onder de Zoöp, ons organisatiemodel waarin niet-menselijk leven een bestuurlijk stem heeft. En het stuurt ook het werken aan de toegankelijkheid van het instituut door middel van heldere taal, aanpassingen aan de fysieke ruimte van het gebouw en de vernieuwing van de digitale ruimte van de website.

We leven in een tijd van grote uitdagingen die vragen om veranderingen in de wijze waarop we dingen doen. Naast een plek voor het aankaarten van die uitdagingen en het bespreken van de veranderingen, wil het Nieuwe Instituut ook een plek zijn waar deze veranderingen worden uitgeprobeerd en uitgevoerd in samenwerking met ontwerpers en het publiek.

Met de komst van Aric Chen in 2021 als Algemeen en Artistiek directeur, veranderde ook de strategie van het instituut op drie belangrijke punten.

Meer naar buiten gericht zijn, is van cruciaal belang voor onze publieke rol in dienst van de samenleving. Het betekent een sterke externe betrokkenheid bij meer (netwerken van) belanghebbenden, voor wie we ook ruimte maken in ons gebouw. Naast onze eigen publieke programma's zijn we als platform of open huis bijvoorbeeld steeds vaker gastorganisatie van evenementen die door anderen worden ontwikkeld. Als resultaat van het meer naar buiten gericht zijn, zien we dat Nieuwe Instituut zowel lokaal, nationaal als internationaal zichtbaarder is en nauwer verbonden aan allerlei netwerken. Dit leidt ook tot nieuwe opdrachten, verbanden en kruisbestuivingen voor en tussen ontwerpers uit verschillende netwerken en disciplines, waardoor zij ook hun eigen positie kunnen versterken.

Diversiteit en inclusie zijn geen eenmalige vinkjes, maar uitgangspunten voor het dagelijks opereren. Die keuze draagt bij aan een steeds veelzijdiger aanbod voor de verschillende groepen bezoekers, deelnemers en gebruikers, in samenwerking met een breed scala aan ontwerpers en samenwerkingspartners. En het definieert het instituut als een plaats waar verschillende stemmen, verhalen en behoeften worden gehoord, en liefst ook in gesprek gaan. Door niet alleen te werken vanuit meerstemmigheid, maar de stemmen ook met elkaar te verbinden zien we een rijker programma ontstaan. Hierin zijn meerdere generaties, culturen, werkwijzen en disciplines vertegenwoordigd. Intervocality is geen truc, maar een attitude die vraagt om actieve betrokkenheid en bereidheid je te verdiepen in de ander en voorbij de grenzen van je eigen blikveld, kennis of discipline te stappen. Dat is waar verschillende activiteiten ook toe oproepen.

Tot slot manifesteert Nieuwe Instituut zich de afgelopen jaren nog nadrukkelijker als testing ground. Het wil een plek bieden – in de luwte van de markt - waar ruimte is voor ontwerpers om alternatieven te testen, te experimenteren en te leren in interactie met een publiek. Vanuit dit principe ontwikkelen we ook programmering in co-creatie. Dit vraagt van medewerkers en betrokken ontwerpers om een (langdurig) commitment en de bereidheid om te falen en te leren. Ook binnen de afdeling Research is ‘testen als publiek onderzoek’ de methode geworden om kennis te genereren en te delen.

Nieuwe Instituut is sinds de Dag van de Aarde in het voorjaar van 2022 een Zoöp. Binnen zo’n ‘coöperatie met alle leven’ werken mensen en anders-dan-menselijk leven samen. Een Zoöp zorgt ervoor dat ook niet-menselijke stemmen en belangen deel uitmaken van de besluitvorming en werkwijze. Als Zoöp probeert het Nieuwe Instituut met kleine en grote ingrepen bij te dragen aan een leefbare wereld, waarin mensen een evenwichtige en houdbare relatie onderhouden met andere dieren, planten en andere levensvormen. Met vallen en opstaan en zo transparant mogelijk.