Open Space 2023
9 februari 2023 - 28 april 2023
Arghavan Khaefi
Welke rol speelt architectuur nog in het beschermen van de persoonlijke levenssfeer, nu fysieke muren, deuren en grenzen geen bescherming bieden tegen de virtuele privacy-schendingen die dankzij technologische vooruitgang steeds vaker voorkomen? Architect Arghavan Khaefi zet bouwkundige middelen in om de privacy te herstellen die we in deze tijd met name in het digitale domein zijn kwijtgeraakt.
Het potentieel van de ontwerpdiscipline reikt volgens Khaefi veel verder dan de gebouwde uitvoering van een ontwerp. Hoewel architectuur oorspronkelijk geassocieerd wordt met de tastbare gebouwde omgeving, ziet zij nu vooral mogelijke toepassingen van de theorievorming en verbeelding die ook deel uitmaken van haar vakgebied. In het verlengde van haar afstudeerproject en -thesis benadert ze de privésfeer vanuit verschillende invalshoeken: geïnspireerd door de meest uiteenlopende romanschrijvers, filosofen en bouwmeesters laat ze architectuur zien als theoretisch en didactisch instrument.
(Un)Private Life: An Architectural Privacy Investigation
In de woorden van Khaefi: "Architectuur werd lange tijd beschouwd als de belangrijkste speler in de totstandkoming van het privé-leven. Tegenwoordig blijkt dat, in het licht van de nieuwe technologische vooruitgang, waarbij de inbreuk op privacy voornamelijk op virtuele schaal plaatsvindt, de compatibiliteit van architectuur en privacy niet langer bestaat.
De tentoonstelling (Un)Private Life, gebaseerd op de masterscriptie Explicating Privacy, benadert de rol van architectuur in het creëren van privacy in de huidige realiteit kritisch vanuit verschillende perspectieven.
In een theoretisch kader toont een onderzoek aan de hand van vier literaire werken het concept transparantie en de rol daarvan bij het opheffen van privacy. We door Jevgeni Zamyatin, Mortelle door Christopher Frank, Nineteen Eighty-Four door George Orwell, en Het proces door Franz Kafka zijn voorbeelden die elk een eigenaardige afwezigheid van privacy illustreren die het bestuderen waard is.
In een categorisch onderzoek, waarbij elke denkbare manier om privacy te bereiken, of het nu fysiek, virtueel of zelfs fictief is, wordt gepresenteerd, wordt een Encylopedia of Privacy gecreëerd, gerangschikt naar items die zich op de een of andere manier lenen voor het creëren van een privétoestand voor mensen.
Terwijl ze een verschillende strijd voeren, de ene op de grond en de andere in enen en nullen, is het onvermogen van de architectuur om de verloren privacy van onze tijd tot haar volle essentie te doen herleven, voelbaar. De nederlaag moet vooralsnog worden uitgeroepen; architectuur is meer dan haar gebouwde werkelijkheid. Hoewel ze haar ultieme manifestatie vindt in de bouw, kan de architectuur haar theoretische kracht gebruiken om ontwerpen mogelijk te maken die de grenzen van het conventionele verleggen om onderwerpen te onderzoeken die met woorden niet goed te communiceren zijn. Ontwerpen die ideeën, theorieën en concepten illustreren. Twee ontwerpvoorstellen vormen zo de laatste kritische oefening om het begrip privacy aan te pakken:
Frankenstein's House creëert een bovenbouw van privacy, door het vertellen van verhalen, illustraties en het instrumenteren van de Encyclopedia of Privacy. Het toont alle items die ofwel privacy creëren als gevolg van hun fysieke bestaan, ofwel door verschillende niveaus van betekenis voor te stellen die op het moment van tegenkomen voor bewustwording kunnen zorgen.
Het Liquid House, met een verwijzing naar Zygmunt Baumans begrip van liquiditeit, behandelt de vloeibare aard van privacy, die steeds verandert en evolueert. Met behulp van verplaatsbare wanden, verplaatsbare vloeren, en transparante en massieve wanden zou het Liquid House op elk moment privacy en zichtbaarheid kunnen bieden. Wonen in zo'n huis is de belichaming van de manier waarop nieuwe technologieën privacy kunnen wegnemen, zelfs met de hand van onze familieleden.
Hoewel de architectuur erin slaagt privacy te creëren in het fysieke domein, hoewel ze faalt op virtuele schaal, zou ze haar theoretische kracht kunnen gebruiken om debatten te openen over het onderwerp privacy. Architectuur kan dus privacy expliciteren, de waarde ervan aantonen en hopelijk een stap zetten om het verval ervan te voorkomen."
Over Arghavan Khaefi
Arghavan Khaefi is onlangs afgestudeerd aan de Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) en haar afstudeerproject was te zien in Archiprix 2022, IABR22 Future Generation: This Is 2072, en Archined. Ze is enthousiast over een vorm van architectuur die de grenzen van conventionaliteit voorbijgaat; een medium dat ideeën, problemen en dagelijkse menselijke worstelingen kan aankaarten door de grens van het veld te verkennen, waar theorie, praktijk en kunst elkaar ontmoeten.