Huis Sonneveld
Tijdens de maandenlange afwezigheid van haar man zwaaide mevrouw Sonneveld de scepter over het huishouden, dat door twee dienstbodes werd verricht. Jeanne Schreuder was negentien toen ze in 1931 in dienst kwam. Haar collega Josephine Müller, ‘Finie’, was de oudste dienstbode en afkomstig uit Duitsland. In de jaren twintig en dertig staken ongehuwde Duitse meisjes en vrouwen massaal de Nederlandse grens over, op zoek naar een betrekking in de huishouding bij een Nederlandse familie.
Ze kregen 27,50 gulden per maand plus kost en inwoning. De dienstbodes waren om 7.30 uur boven om het ontbijt te verzorgen en de verwarming aan te zetten. Meneer Sonneveld kwam tussen de middag thuis voor de lunch. Mevrouw Sonneveld deed zelf alle bestellingen voor het huishouden en stelde de menu’s samen. De dienstmeisjes kookten per toerbeurt, en aten zelf pas als de familie klaar was. Aan de tafel in de eetkamer zat een bel die in de keuken een zoemer deed afgaan. Een snoer door de tafelpoot leidde naar een stekkerdoosje onder de vensterbank. Andere oproepen kwamen via de huistelefoon, of via een van de oproeplampjes, waarvan de kleuren aangaven in welke vertrekken het personeel gewenst was: de slaapkamer, de eetkamer/salon of de bibliotheek.
Elke woensdagavond hadden ze vrij, en om beurten een zondag. Een werkdag duurde tot na de avondkoffie. Daarna hadden de meisjes vrij en konden ze op hun eigen kamer naar de radio luisteren of brieven schrijven. Met de telefoon op hun kamer konden ze alleen intern bellen. Naast de twee dienstbodes waren en nog een chauffeur en een tuinman in dienst.