Nieuwe Instituut
Nieuwe Instituut

Huis Sonneveld

Landschapsarchitect Mien Ruys bedwong ooit een duin

... met spoorbielzen, waarmee ze een trend startte die ze vervolgens niet meer kon stoppen.

Spoorbielzen zijn praktische en zware objecten die worden gebruikt om de rails op spoorlijnen te stabiliseren. Maar voor tuin- en landschapsarchitect Mien Ruys (1904–1999) waren ze onmisbare hulpmiddelen in haar tuinontwerpen. Dankzij hun grote draagkracht kon ze variaties in ruimte, diepte en hoogte creëren.

30 november 2024

Villa Holt in Overveen, 2023. Foto Taco de Neef

Gerard Holt. Deze dwarsdoorsnede laat zien hoe villa Holt ingebed is in de duinen, 1957. Collectie Nieuwe Instituut, archief HOLT 504

Villa in de duinen

Haar eerste gebruik van houten spoorbielzen ontstond toen architect Gerard Holt (1904–1988) haar vroeg om naar zijn pas voltooide villa in de duinen van Overveen te komen. "Hij was ergens ontevreden over; waarover precies, wist hij niet," herinnerde Ruys zich in een radioprogramma in 1987. Holt had zijn villa aan de voet van de duinen geplaatst en het hoofdvolume strak en eenvoudig gehouden als contrast met de scherp oplopende lijn van de met struiken en bomen begroeide hellingen. Volgens Ruys voelde het "alsof de duinen naar binnen kwamen en je omverduwden."

De duinen moesten worden teruggedrongen om een opener karakter te creëren, en de krachtige spoorbielzen die in het hellende terrein werden geplaatst, zorgden daar perfect voor. Bovendien maakte Ruys de strakke lijnen speelser door het hout in verschillende lengtes te zagen. Omdat de verspringende vloeren in het split-level huis de glooiing van het terrein volgen, kun je op elk niveau direct naar een pad of terras lopen. Binnen en buiten vloeien naadloos in elkaar over.

Villa Holt in Overveen, 2023. Foto Taco de Neef

Het landschap rond Villa Holt, met de spoorbielzen die in de helling van het duin zijn ingebed. Foto Taco de Neef.

Bielzen Mien

Mien Ruys had de bescheiden spoorbiels getransformeerd tot een belangrijk tuingereedschap. Haar onderscheidende aanpak en inventieve gebruik van materialen trokken de aandacht, en de vele opdrachten volgden in rap tempo. Al snel werd de biels een veelgebruikt element in tuinontwerp en kreeg Ruys de bijnaam Bielzen Mien, een naam waar ze niet blij mee was. “Toen begon iedereen me na te doen. Ze maakten de verschrikkelijkste dingen! Ze vulden elke voortuin, elke woonwijk met bielzen, op de meest afschuwelijke manier. Ik moet het met een gevoel van machteloosheid aanzien en ben, natuurlijk, machteloos. Ik kan het niet patenteren, of verbieden, het is een idee. Jammer.”

Ontwerptekening van Mien Ruys, die de compositie van spoorbielzen toont, die loodrecht op elkaar zijn geplaatst tussen de villa en het duin, 1957. Foto Taco de Neef.

Verborgen verhalen

Met haar architectonische benadering van tuin- en landschapsontwerp was Mien Ruys een pionier en een van de eerste vrouwelijke ontwerpers in een door mannen gedomineerde wereld. Door haar samenwerking met beroemde architecten uit haar tijd bevinden enkele van haar tekeningen zich in het Nieuwe Instituut in Rotterdam, waar de Rijkscollectie voor Nederlandse Architectuur en Stedenbouw wordt bewaard. Als kind bracht modeontwerper Bonne Reijn veel tijd door met Ruys, die zijn oudtante was. Hij bracht zijn zomers door op de Moerheim-kwekerij in Dedemsvaart, waar ze haar zomerhuis en proeftuinen had om met planten en ontwerpen te experimenteren. Reijn heeft onlangs onderzoek gedaan in de collectie, op zoek naar verborgen verhalen over zijn beroemde familielid.

Verzonken tuin met spoorbielzen. Proeftuin in Dedemsvaart. Foto Petra van der Ree

Tekst Emily Wijns, collectiebeheerder Nieuwe Instituut

Deze tekst is oorspronkelijk geschreven voor en gepubliceerd in MacGuffin Magazine, Nº12 The Log. Het beeldmateriaal is voor deze online versie aangepast. Het artikel zoals verschenen in MacGuffin kun je hier lezen.

Nieuwsbrief

Ontvang als eerste uitnodigingen voor onze events en blijf op de hoogte van komende tentoonstellingen.