Research Centre
Michiel Huijben
Jaarlijks maken zo'n 3000 bezoekers van het Research Centre gebruik van de collectie van Het Nieuwe Instituut, voor onderzoek, informatie of inspiratie. Van tijd tot tijd stellen we een aantal van hen de vraag: waar doe je onderzoek naar en wat heb je gevonden?
Wie ben je en wat doe je?
Als beeldend kunstenaar, met een achtergrond in architectuurgeschiedenis en -theorie, maak ik werk op het snijvlak van deze disciplines. Ik schrijf teksten, maak video's, installaties en doe performances, altijd met een focus op architectuur. Om dit werk te maken doe ik o.a. veel onderzoek in archieven, waaruit ik de informatie en het beeldmateriaal put dat tot het uiteindelijke werk leidt.
Waar doe je onderzoek naar?
De afgelopen tijd heb ik onderzoek gedaan in Het Nieuwe Instituut (en tevens in het Rotterdams Stadsarchief en het archief van het Johan Borgman Fonds in Odijk), naar aanleiding van een opdracht van Kunstinstituut Melly. Deze opdracht behelst het onderzoek naar de geschiedenis van hun gebouw, een zogenaamde 'Hoogere Burgerschool' (of HBS) voor meisjes uit 1873, ontworpen door C.B. van der Tak, de toenmalige directeur Gemeentewerken. Dit onderzoek vond plaats in het kader van Melly's programma Anchored (Verankerd) - een serie projecten waarin hun directe omgeving in Rotterdam wordt onderzocht, waaronder het gebouw, de straat en de buren. Anchored is onderdeel van hun doorlopende initiatief tot naamsverandering. Via deze vraag ben ik niet alleen op bouwtekeningen van Van der Tak gestuit, maar ook beland in een zoektocht naar de geest van de laat-negentiende eeuw en het debat over de constructie van een nationale stijl in de architectuur van die tijd. Dit debat speelde zich veelal af in periodieken: van de architectuurbladen Bouwkundige Bijdragen en De Opmerker tot het literaire tijdschrift De Gids (dat overigens nog steeds bestaat). In het archief van Het Nieuwe Instituut heb ik deze verhitte (woordelijke) strijd terug kunnen lezen en zo een beter beeld kunnen vormen van de plaats van het gebouw van de HBS aan de Witte de Withstraat binnen dit nationale debat.
Welk eindproduct heb je voor ogen?
Een performance in twee akten. Tegen de achtergrond van dit laat negentiende-eeuwse debat over een 'officiële' nationale stijl, gaat dit werk op zoek naar sporen van menselijke besluitvorming, dwars door de verschillende geschiedenissen van het gebruik van het schoolgebouw en, in bredere zin, de stedelijke omgeving ervan. De Eerste Akte gaat uit van het specifieke karakter van de buitenkant van het gebouw. Het verhaal begint met 3D-scans van ornamentele sculpturen van de voorgevel van het instituut, en zoomt daarna uit naar de omringende stad via andere voorbeelden van negentiende-eeuwse architectuur in Rotterdam. Deze ornamenten kunnen worden gezien als personages, sculpturen, of simpelweg als figuranten in het debat over een nationale architectuurstijl. Op een video in de ruimte is een repetitie van de performance te zien. De Tweede Akte vindt plaats rond een speculatieve plattegrond van het interieur waarop is weergegeven hoe het gebouw oorspronkelijk werd gebruikt. Door middel van archieffoto's en herinterpretaties van ruimtelijke opstellingen en bouwtekeningen, gaat het verhaal vervolgens in op het lesprogramma en de architecturale eigenschappen van laat-19e eeuwse onderwijsarchitectuur. Deze performance neemt de vorm aan van een lezing, en zal later ook in de expositie te zien zijn als video. Beide performances zullen in januari en februari 2021 meermaals opgevoerd worden, live en online.
Wat is het opmerkelijkste dat je gevonden hebt?
Het portfolio 'De terminus van den Rijn-Spoorweg te Rotterdam' vond ik heel erg mooi om in handen te hebben, net als De Opmerker uit 1893 met daarin Kromhout's artikel 'Tout à l'égout!'