Interview met Meeus Ontwerpt
Hilde en Janna Meeus van Meeus Ontwerpt ontwikkelden voor het Netwerk Archieven Design en Digitale Cultuur (NADD) een grafische identiteit die tegelijkertijd een kleine, gefragmenteerde geschiedenis van het Nederlandse letterontwerp is. Een grafische identiteit als een letterarchief.
17 februari 2021
Het was voor Hilde en Janna Meeus even zoeken naar een toepasselijke en bruikbare vorm voor de grafische identiteit van het Netwerk Archieven Design en Digitale Cultuur. Het netwerk is een samenwerkingsverband tussen in omvang en karakter soms zeer verschillende partners: van erfgoedinstellingen, musea en onderwijsinstellingen tot makers en ontwerpers. Het grafisch ontwerp moest daarom een gevoel van collectief eigenaarschap uitstralen. Vanuit die wens ontwikkelde het ontwerpduo voor het NADD een identiteit die zowel open als herkenbaar is. Het ontwerp bestaat uit een verzameling bestaande lettertypes, die op flexibele wijze in telkens variërende constellaties kan worden ingezet.
'We zijn een alfabet van lettertypen gaan samenstellen. We maken in ons werk graag gebruik van het bestaande,' vertelt Hilde. 'Lettertypes zijn een vorm van ontwerp, dat leek ons een logische keuze voor een netwerk van ontwerparchieven.'
'In eerste instantie hadden we het plan om voor ieder letter een ander lettertype uit te kiezen. Daarbij hanteerden we de regel dat de A zou bestaan uit een lettertype waarvan de naam begint met een A, en zo verder,' legt Janna uit, 'zoals in het klassieke kinderboekje waar de A staat voor aap en B voor de bakker...'
'En dan allemaal van Nederlandse ontwerpers,' vult Hilde aan. 'Maar dat werd zo bont, alsof we een ontvoerdersbrief hadden samengesteld met uit de krant geknipte letters.'
Vervolgens opperde Maureen Mooren (artdirector van Het Nieuwe Instituut) om met minder lettertypes te werken. 'Dan wordt het meer een geheel. Het was voor ons een luxe om met haar te werken, ze dacht echt mee.'
Uiteindelijk kozen Hilde en Janna over een periode van honderd jaar per decennium één lettertype, zodat een archief van tien lettertypes ontstond. Daarbij selecteerden ze vooral displayletters; lettertypes met een sterk eigen karakter. Uit de jaren twintig selecteerden ze bijvoorbeeld De Stijl van Theo van Doesburg uit 1919. De jaren dertig worden vertegenwoordigd door de letter die architect Dudok voor zijn Gemeentehuis van Hilversum ontwierp. Om tot een afgewogen verzameling te komen zochten ze naar verschillende richtingen binnen het letterontwerp. Zo refereert de letter Studio, in 1946 ontworpen door Dolf Overbeek, aan schrijven en kalligrafie. 'Het waren vaak hele ontdekkingen voor ons, er waren letters bij die we helemaal niet kenden.'
Het lettertype Paperclip Contour is in de jaren zeventig gebruikt voor het logo van het tijdschrift Opzij. 'Ik vind het mooi dat de E net een op zichzelf staand object is,' zegt Hilde. 'We wilden dat ons alfabet als een verzameling objecten zou voelen, die alle van waarde zijn.' Natuurlijk mocht Wim Crouwel, een van de helden van het Nederlands grafisch ontwerp, niet ontbreken in een lettercollectie voor het NADD. Ze overwogen zijn New Alphabet uit 1967, maar dat is moeilijk leesbaar, zeker als de letters los van elkaar worden gebruikt. Dus werd het een lettertype dat Crouwel in 1963 gebruikte voor een affiche en later met anderen uitwerkte tot een compleet alfabet. 'Het heeft wel iets van een computerletter, hoewel het nog van voor de computer is.' Voor de jaren tachtig kozen ze een van de eerste digitaal ontworpen letters: de Variex van Rudy van der Lans en Zuzana Licko, baanbrekend voor die tijd. 'De letters staan niet allemaal netjes op een lijn, de K zakt er bijvoorbeeld flink doorheen.' Ook de Beosans van Just van Rossum en Erik van Blokland uit de jaren negentig belandde in hun letterarchief. 'Die is per toeval ontstaan: door het spelen met computercode werden de letters rafelig. Wij kozen de zachte variant, die er wat kleiachtig uitziet.'
Met de geselecteerde lettertypen stelden ze al puzzelend verschillende alfabetten samen. 'We hadden lievelingen en meer formele afwegingen,' vertelt Hilde. 'Omdat we hoofdletters en kleine letters door elkaar gebruiken werken niet alle combinaties even goed.'
Ook naar de uiteindelijke vorm van het netwerk alfabet was het even zoeken. 'We hadden een selectie die ons beviel, maar het geheel klopte nog niet helemaal. Tot we op het allerlaatst bedachten dat de letters meer ruimte nodig hebben dan in een gewone leestekst, ze moeten kunnen ademen. Toen was het goed!'
De in het samengestelde alfabet uitgeschreven naam 'Netwerk Archieven Design en Digitale Cultuur' vormt het beeldmerk van het netwerk, dat door de partners in hun communicatie kan worden ingezet. Daarnaast gebruikt Meeus Ontwerpt de letters ook op meer autonome wijze, zoals bij het manifest dat verscheen bij de oprichting van het NADD. Dat gaven ze de vorm van een poster met daarop een compositie van letter's N uit de tien verschillende lettertypen.
Geselecteerde letters
- Architype Van Doesburg, Theo van Doesburg, 1919 (gedigitaliseerd in 1997 door Freda Sack en David Quay)
- Dudok Hilversum, Willem Marinus Dudok, 1928 (gedigitaliseerd in 2014 door Richard Keijzer)
- Beosans soft R14, Just van Rossum en Erik van Blokland, 1990
- Paperclip Contour, Ad Werner, 1973 (gedigitaliseerd in 2010 als Neue Werner Paperclip door Wilson Thomas)
- Mercator, Dick Dooijes, 1958 (gedigitaliseerd in 2006 door Laurenz Brunner, beta versie)
- Architype Stedelijk, Wim Crouwel, 1968 (gedigitaliseerd in 1996 door Freda Sack and David Quay)
- Studio, Dolf Overbeek, 1946 (gedigitaliseerd in 2008 door Hans van Maanen onder de naam Adams)
- Variex, Rudy VanderLans en Zuzana Licko, 1988
- FF Cocon, Evert Bloemsma, 2001
- Lÿno Jean, Karl Nawrot en Radim Peško, 2010
Over Meeus Ontwerpt
Sinds 2007 werken tweelingzussen Janna en Hilde Meeus (Arnhem, 1980) samen als grafisch ontwerpers onder de naam Meeus Ontwerpt. Ze delen een studioruimte met andere grafisch ontwerpers in Amsterdam. Hilde Meeus studeerde Nederlandse Taal en Cultuur (specialisatie Moderne Letterkunde) aan de Rijksuniversiteit Groningen (afgestudeerd in 2002) en daarna grafisch ontwerp aan de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam (afgestudeerd in 2006). Janna Meeus studeerde Grafische vormgeving aan de Academie St. Joost in Breda (afgestudeerd in 2002) en vervolgde daarna haar studie aan de Werkplaats Typografie in Arnhem (afgestudeerd in 2004). Hun werk kenmerkt zich door een interesse in taal, letters, typografie en redactionele betrokkenheid. Opdrachtgevers zijn o.a.: Stedelijk Museum Amsterdam, Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten, uitgeverij Parrèsia, galerie Andriesse-Eyck, uitgeverij Trancity, Poldertheater Amsterdam, WG-terrein (puntWG, atelierWG en airWG), Jennifer Tee en diverse andere kunstenaars, fotografen en architecten.