Nieuwe Instituut
Nieuwe Instituut

Huis Sonneveld

Animal Encounters en de architectuurcollectie

Naast het werk van Studio Ossidiana wordt in de installatie Animal Encounters een selectie uit de Rijkscollectie voor Nederlandse Architectuur en Stedenbouw getoond. De geselecteerde projecten borduren voort op een relationeel begrip van de ontmoeting tussen mens en dier en de ecologische aspecten van de systeemtheorie.

8 oktober 2019

P. Gonggrijp. Europa, delta, vogels, mensen, industrie. Tekeningen afstudeerproject TH Delft, 1969. Collectie Het Nieuwe Instituut, GONG 1

Delta

Deze met de hand getekende kaarten zijn kenmerkende voorbeelden van Gonggrijps diepgaande analyse van de Nederlandse delta en de gezichtsbepalende geologische landschapsformaties in relatie tot verschillende vestigings- en migratiepatronen. Voor Gonggrijp waren deze tekeningen een middel om de specifieke identiteit van het Nederlandse deltalandschap en zijn bewoners te conceptualiseren.

Nijlpaardenhuis

Aldo van Eyck doceerde aan de toenmalige TH Delft en aan de Academie van Bouwkunst Amsterdam. Een terugkerende opgave aan zijn studenten was ontwerpen voor dieren. Eén van zijn studenten was stedenbouwkundige Joost Váhl. Zijn voorstel voor een nijlpaardenhuis stelt nijlpaarden en mensen in staat elkaar te observeren en elkaar te ontmoeten: door een gat in luchtbruggen kunnen de twee soorten elkaar voorzichtig aanraken en mensen kunnen het nijlpaardenhuis zelfs binnengaan.

J. Váhl. Nijlpaardenhuis, Studieproject TH Delft, 1966. Collectie Het Nieuwe Instituut, VAHL 4-12

J. Váhl. Nijlpaardenhuis, Studieproject TH Delft, 1966. Collectie Het Nieuwe Instituut, VAHL 4-10

J. Váhl. Nijlpaardenhuis, studieproject TH Delft, 1966. Foto van een maquette. Collectie Het Nieuwe Instituut, VAHL 5

Aquarium

Als student ontwierp Jan Verhoeven een aquarium waarvan de helft zich onder zeeniveau bevindt. Via ingenieus kronkelende ruimten lijken mens- en vissenwereld met elkaar in verbinding te staan. Zijn docent Aldo van Eyck publiceerde het ontwerp samen met zijn eigen bespreking ervan in het tijdschrift Forum.

/"De ontwerper is er daadwerkelijk in geslaagd een brug te slaan tussen de werelden van de mensen en de vissen (&) de vissen, die hier ook /"op bezoek/" zijn, kunnen hun mede-bezoekers, de mensen, op hun eigen manier bekijken. Als de bezoeker redelijk ontvankelijk is, kan deze de aanwezige fenomenen - de zee - zeediepte en zeebodem - stromingen en zo meer - waarnemen dankzij de vissen en de architectuur (&). Vanuit de meniscus, een prachtige scheidslijn, zinkt het gebouw even organisch het water in, als dat het uitreikt naar het luchtruim./" (Forum, 1960/61, p. 69)

Tijdschrift ‘Forum' met publicatie van het Aquarium door Jan Verhoeven (1958), met beoordeling door Van Eyck, 1960-61. Collectie Het Nieuwe Instituut, Bibliotheekcollectie. De installatie bevat een reconstructie van deze maquette van Studio Ossidiana.

Tijdschrift ‘Forum' met publicatie van het Aquarium door Jan Verhoeven (1958), met beoordeling door Van Eyck, 1960-61. Collectie Het Nieuwe Instituut, Bibliotheekcollectie.

Tijdschrift ‘Forum' met publicatie van het Aquarium door Jan Verhoeven (1958), met beoordeling door Van Eyck, 1960-61. Collectie Het Nieuwe Instituut, Bibliotheekcollectie.

Tijdschrift ‘Forum' met publicatie van het Aquarium door Jan Verhoeven (1958), met beoordeling door Van Eyck, 1960-61. Collectie Het Nieuwe Instituut, Bibliotheekcollectie.

Systemen en ruimtelijke configuraties

De theorieën van de ecologie en de meer abstracte begrippen van de systeemtheorie overlappen elkaar. Volgens de cybernetische theorie van de wiskundige Norbert Wiener (1894 - 1964) is er geen fundamenteel verschil tussen een geautomatiseerd netwerk van machines en een natuurlijk leefgebied. Ze kunnen beiden worden omschreven als interactieve feedbacksystemen waarin communicatiestromen de controle van dynamische omgevingen mogelijk maakt.

In de jaren 1950 en 1960 droeg dit nieuwe inzicht bij aan een andere opvatting van de architectuur en de stad, namelijk als relationeel en gebaseerd op systemen, die ook werd ondersteund door onderzoek uit de hoek van de antropologie en de sociologie.

Samen met de introductie van de computer en de behoefte aan gebouwen om computercentra in te huisvesten, leidde dit onder architecten tot een toenemende belangstelling voor abstracte ruimtelijke configuraties van in elkaar grijpende geometrieën.

In het archief van de Rijkscollectie voor Nederlandse Architectuur en Stedenbouw is dan ook een opvallende conceptuele en formele gelijkenis te zien tussen ontwerpvoorstellen voor de huisvesting van dieren in dierentuinen en die voor de nieuwe werkplekken van de postindustriële samenleving.

R. D. Bleeker. Bankgirocentrale Rekencentrum Algemene Bank Nederland te Leusden, 1975. Collectie Het Nieuwe Instituut, BLEE ph772

R. D. Bleeker, Bankgirocentrale Rekencentrum Algemene Bank Nederland in Leusden, 1975. Collectie Het Nieuwe Instituut, BLEE ph776

R. D. Bleeker, Bankgirocentrale Rekencentrum Algemene Bank Nederland in Leusden, 1975. Collectie Het Nieuwe Instituut, BLEE ph783

R. D. Bleeker, Bankgirocentrale Rekencentrum Algemene Bank Nederland in Leusden, 1975. Collectie Het Nieuwe Instituut, BLEE ph784

Bankgirocentrale Rekencentrum Algemene Bank Nederland

Rudi Bleeker ontwierp tal van schoolgebouwen en kantoren, waaronder enkele vroege computercentra in Breda, Amstelveen en Leusden. Het robuuste karakter van deze grootschalige gebouwen wordt bepaald door sculpturale gevels en ruwe geprefabriceerde betonpanelen.

Concept Design Games

Toen John Habraken doceerde aan het MIT ontwikkelde hij zijn zogenaamde Concept Design Games: open onderzoeksinstrumenten waarmee begrepen kan worden hoe 'complexe fysieke organisaties', oftewel gebouwen, worden ontworpen. In overeenstemming met Habrakens visie op participatie houden deze bordspellen rekening met de interactie van een groot aantal betrokkenen. Het opnamesysteem voor alle spellen kon worden gelezen door een computer.

J. Habraken, ‘Concept Design Games: Design games for Experimentation in Design Theory and Methodology’, 1986-1987. Collectie Het Nieuwe Instituut, HABR 30

J. Habraken, ‘Concept Design Games: Design games for Experimentation in Design Theory and Methodology’, 1986-1987. Collectie Het Nieuwe Instituut, HABR 30

Kantorencomplex Siemens München-Perlach

Dit model van Van den Broek en Bakema voor Siemens kan beschouwd worden als een driedimensionaal diagram dat de programmatische organisatie, complexiteit en flexibiliteit van het ontwerp overbrengt op de klant. Elke verdieping werd vertegenwoordigd door een transparant perspex rooster dat kon worden ingevuld met kleur gecodeerde fiches. Het model kon worden verplaatst in een op maat gemaakte koffer.

Van den Broek en Bakema, projectarchitect J. Boot. Zogenaamde Spacebox voor Siemens’ centrum voor computeronderzoek, München-Perlach, 1972. Collectie Het Nieuwe Instituut, BROX m1

Faculteit Toegepaste Wiskunde en Computercentrum

Het ontwerp voor dit universitaire complex inclusief vroeg computercentrum is gebaseerd op een repetitieve eenheid in combinatie met grotere ruimten voor de computer- en collegezalen. Het stedenbouwkundig plan van de campus van de TH Twente is ontworpen door Sam Van Embden en Willem Van Tijen, met gebouwen van Piet Blom, Joop van Stigt en Herman Haan.

L.J. Heijdenrijk, J. Hermes, L.J. van der Stap en J. Mol, Faculteit toegepaste wiskunde en computercentrum voor de TH Twente in Drienerlo, Enschede, 1969-1974. Foto Cas Oorthuys / Nederlands Fotomuseum, Rotterdam.

L.J. Heijdenrijk, J. Hermes, L.J. van der Stap en J. Mol, Faculteit toegepaste wiskunde en computercentrum voor de TH Twente in Drienerlo, Enschede, 1969-1974. Ontwerpboekje.

Animal Encounters

_Animal Encounters_ is de opvolger van _Habitat: Expanding Architecture_ en onderdeel van Totale Ruimte, een onderzoeksprogramma van het Jaap Bakema Study Centre gewijd aan de interdisciplinaire kruisbestuivingen tussen architectuur en planning, systeemtheorie, ecologie en antropologie.

Nieuwsbrief

Ontvang als eerste uitnodigingen voor onze events en blijf op de hoogte van komende tentoonstellingen.