Organische architectuur
Een groep architecten, kunstenaars en landschapsarchitecten organiseerde in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw bijeenkomsten over architectuur, natuur en kunst, op zoek naar een nieuwe organische en ecologische benadering van architectuur. Ze werden onder andere geïnspireerd door Rudolf Steiner (1861-1925), grondlegger van de antroposofie, en door ideeën over de samenhang der kunsten als ontwerpmiddel. De vragen die deze architecten vijftig jaar geleden aan de orde stelden zijn nog steeds relevant. Ze zochten naar nieuwe ontwerpbenaderingen die een antwoord konden bieden op de zorgen over het milieu en het gebrek aan verbinding tussen mens en natuur.
12 september 2019 14:00 - 17:00
Alberts en Van Huut. Hoofdkantoor NMB-Bank, Amsterdam Zuid-Oost 1980-1984. Plattegronden en tuinontwerp. Tuinontwerp door J'ørn Copijn. Collectie Het Nieuwe Instituut, ALHU 321-6
Alberts en Van Huut. Woongemeenschap Raphaëlastichting Middenbeemster, 1990-1991. Presentatietekening. Collectie Het Nieuwe Instituut, ALHU 489-3
Ton Alberts, Vrije school Brabant, Eindhoven 1979. Collectie Het Nieuwe Instituut, ALHU 190-3
Ton Alberts, Vrije school Brabant, Eindhoven 1979. Collectie Het Nieuwe Instituut, ALHU 194-4
Als studenten bouwkunde aan de TU Delft richtten zij de studiegroep 'Architectuur en Antroposofie' op. Ze organiseerden tijdens hun studie en daarna bijeenkomsten over de integratie der kunsten en de relatie tussen ruimte, natuur en mens, en zetten verbeeldingskracht en creativiteit in hun ontwerppraktijk centraal. Ze waren onder meer verantwoordelijk voor het ontwerp van vrije scholen en bio-dynamische werkboerderijen die in deze periode werden opgericht. Ze behoorden tot de pioniers van duurzaam en gezond bouwen in Nederland en waren betrokken bij het ontwerp en de realisatie van de eerste ecologische woonwijken in Nederland. Het hoofdkantoor van de ING Groep (1980-1984), de voormalig Nederlandsche Middenstandsbank (NMB), van Alberts en Van Huut staat bekend als de grote doorbraak van organische architectuur in Nederland.
Dit programma sluit aan bij het _Neuhaus _curriculum waarin alternatieve manieren van onderwijs centraal staan en waarin wordt nagedacht over het beheren, verspreiden, delen en praktiseren van meer-dan-menselijke kennis.
Een ecologische benadering van architectuur staat ook centraal in het programma _Total Space_ van het Jaap Bakema Study Centre. Het idee van een 'totale ruimte', afkomstig van architect Jaap Bakema, stond voor een relationele benadering van de mens en zijn omgeving.
Mini-symposium
Tijdens dit mini-symposium komt een aantal architecten en andere betrokkenen aan het woord. Aan de hand van vier thema's (de integratie der kunsten, natuur & ecologie, zintuigen en participatie & sociale ecologie) wordt gesproken over wat organische architectuur betekende, wat hun inspiratiebronnen waren, waar hun werken toe hebben geleid en wat daar enkele decennia later de betekenis van is.
Dit mini-symposium is onderdeel van een reeks door Het Nieuwe Instituut georganiseerde bijeenkomsten waarin de ontwikkeling en geschiedenis van de organische architectuur in Nederland in kaart worden gebracht en de betekenis daarvan wordt geduid. In dit symposium gaat het enerzijds om het ontrafelen en ontleden van een verleden en tegelijk om de vraag hoe deze geschiedenis de vraagstukken van nu kan belichten.
Van een aantal architecten hoopt Het Nieuwe Instituut werk te acquireren. Om grip te krijgen op het aangeboden materiaal en op de manier waarop dit binnen het verzamelbeleid van Het Nieuwe Instituut past, is dit symposium georganiseerd.
Gasten
Max van Huut (1947) is architect en medeoprichter van architectenbureau Alberts & Van Huut. Geboren in Batavia, woont Van Huut sinds 1958 in Nederland. Tijdens zijn studie aan het Hoger Technisch Instituut en de Academie voor Bouwkunst in Amsterdam werkte hij voor meerdere architectenbureaus. In 1987 werd hij partner van architect Ton Alberts en daarmee werd de huidige naam van het bureau Alberts & Van Huut een feit.
Gerard Beijn (1949) studeerde in 1980 af op het thema 'Afbreekbaar Bouwen' aan de Academie van Bouwkunst. In 1976 begon hij als zelfstandig architect en beeldend kunstenaar. Beijn is voornamelijk geïnteresseerd in het samengaan van architectuur en beeldende kunst en in kleur. Dit jaar werkt hij in Friesland aan het PoolKruisProject.
Peter Oterdoom (1950) voltooide in 1979 zijn opleiding Architectuur en Restauratie aan de TH Delft. Tijdens zijn afstudeerproject kwam Oterdoom in aanraking? met de Alanus Hochschule in Alfter (Duitsland) waar destijds ook de Ortagroep studeerde die zich onder andere bezig hield met Organische Architectuur. Oterdoom is de initiatiefnemer van Documentatie Organische Architectuur, een verzameling archiefmateriaal met betrekking tot organische architectuur. Hiermee maakt hij nog met enige regelmaat tentoonstellingen.
J'ørn en Lia Copijn vormen een ervaren duo in hun werk. J'ørn is gespecialiseerd in kennis van bomen, boomverplantingen, ontwerpen van daktuinen, binnenbeplanting, watertuinen, landschappelijke- en ecologische tuinen en parken. Lia Copijn, met een meer theoretische achtergrond, is gespecialiseerd in het maken van renovatieplannen voor historische buitenplaatsen en parken, ontwerpen voor begraafplaatsen en particuliere tuinen.
Frans van der Werf (1937) voltooide zijn studie in architectuur en stedenbouw aan de Universiteit van Delft met zijn bekroonde project 'Housing in a Linear City', waarin ideeën voor het Open Bouwen waren toegepast. Hij nam deel aan de planning van Evry, een nieuwe stad in de buurt van Parijs en werkte vanaf 1990 aan sociale woningbouw, stadscentra, zorgcentra en stedenbouwkundige plannen in een bio-ecologische en organische architectuur.
Marien Faasse studeerde aan de TU Delft van 1972 tot 1982. Gedurende twaalf jaar was hij nauw betrokken bij het ORTA Atelier. Hij heeft voornamelijk interesse in organische architectuur, geïnspireerd op de antroposofie. Faasse zet zich in voor verschillende ecologische projecten in Nederland en in het buitenland. Zo werkt hij bijvoorbeeld met school dropouts in Kampala.
Peter van de Cammen is betrokken bij ORTA Nova Architectuur dat zich richt op het bouwen met mensen, organische vormgeving, gezond bouwen, beeldvormende werkmethodes en levensbevorderende kwaliteiten. Dit wil zeggen dat een gebouw een levend organisme kan vormen met behulp van een techniek die de wetmatigheden van het levende respecteert.
Pieter van der Ree (1958) studeerde Bouwkunde aan de Technische Hogeschool Delft. Sinds 1990 is hij als architect werkzaam op het gebied van organische architectuur en het ecologische bouwen. Daarnaast is hij voorzitter van de stichting Mens & Architectuur en sinds 2005 bijzonder hoogleraar voor organische architectuur aan de Alanus Hochschule bij Bonn.
Dolf van Aalderen is dertig jaar directeur van de Iona Stichting geweest. Door zijn grote verdiensten voor de stichting is hij tot erebestuurslid benoemd. Van Aalderen haaldeveel inspiratie uit aanvragen en initiatieven van de stichting. Het heeft hem al die jaren gestimuleerd en verheugd om intensief samen te werken met mensen die iets goeds tot stand willen brengen.