De digitalisering van de architectuurpraktijk
De Rijkscollectie documenteert de culturele en sociale betekenis van de Nederlandse architectuur en stedenbouw. De laatste jaren wordt het aandeel digitaal gecreëerde archieven in de Rijkscollectie steeds groter. Om dit digitale materiaal niet alleen duurzaam te kunnen bewaren maar ook toegankelijk te maken is meer kennis nodig over specifieke eigenschappen van digitale archieven en de architectuurpraktijk waarbinnen ze zijn gevormd. Voor een beter begrip van digitale architectuur hebben we onderzoek gedaan naar de digitalisering van het ontwerpproces en de architectuurpraktijk, en wat dit betekent voor Het Nieuwe Instituut als verzamelende en beherende instelling. Het rapport Understanding Digital Architecture is nu beschikbaar en hier te downloaden.
14 oktober 2022
De geschiedenis van born digital archieven is nog maar zeer recent, en veel vragen over hoe met deze archieven om te gaan zijn nog onbeantwoord. In welke opzichten verschillen analoge en digitale archieven essentieel van elkaar? Welke nieuwe verhalen vertellen ze over de architectuurgeschiedenis? Hoe heeft de software zich ontwikkeld waar ze mee gemaakt zijn? Vragen digitale archieven om een ander verzamelbeleid, om een andere manier van beschikbaar stellen aan publiek? Digitale archieven bieden nieuwe mogelijkheden tot onderzoek en hergebruik, die voor het grootste deel nog niet verkend zijn.
Ontwerpen met digitale tools
Het eerste (deels) digitale archief dat ooit door Het Nieuwe Instituut is verworven, is dat van Carel Weeber in 2009. Het bevat born-digital materiaal uit de periode 1991–2008, voornamelijk uit het werk van Weeber als lid van Architecten Collectief. Het bevat ongeveer 300 DRW (Micrografx-bestanden) die mogelijk tussen 1991-94 op een Atari-computer zijn gemaakt. Weeber zei van zijn leerlingen een Atari te hebben leren gebruiken en was destijds een van de eersten in Nederland die dat deed. Hij gaf toe dat er alleen eenvoudige tekeningen op gemaakt konden worden, bestaande uit cirkels en rechte lijnen, wat hem goed uitkwam, aangezien hij graag eenvoudige gebouwen ontwierp.
In ongeveer vier decennia hebben computers en andere digitale hulpmiddelen de architectuurpraktijk compleet veranderd - technisch, maar ook conceptueel. In de jaren zestig en zeventig vonden de eerste ontwikkelingen van software voor de architectuurpraktijk plaats. In de late jaren tachtig en vroege jaren negentig werd met de komst van de personal computer het gebruik van software gemeengoed. Daarbij ging het vaak om CAD software, die al ontwikkeld was in andere sectoren, zoals de auto- en vliegtuigindustrie, en om animatie en 3D-modeling software afkomstig uit de filmindustrie. Soms werd software gewoon gebruikt vanwege de vele praktische mogelijkheden ter ondersteuning van het ontwerpproces. Maar het zorgde ook voor nieuwe creatieve toepassingen en een nieuwe vormentaal. Architectenbureaus begonnen ook met het ontwikkelen van eigen software voor specifieke doeleinden.
“ Door de opkomst van CAD konden architecten structuren realiseren die voorheen in het domein van de zogenaamde "papieren architectuur" bleven, zoals het werk van visionairs als Cedric Price of Lebbeus Woods. Voordien gingen dergelijke ontwerpen geometrisch of conceptueel de toen beschikbare technologische mogelijkheden te boven. Nieuwe formele en filosofische overwegingen in relatie tot de vloeiende vorm en de mobiliteit van de architectuur hebben vele architecten geïnspireerd. ”
In ongeveer vier decennia hebben computers en andere digitale hulpmiddelen de architectuurpraktijk compleet veranderd - technisch, maar ook conceptueel. In de jaren zestig en zeventig vonden de eerste ontwikkelingen van software voor de architectuurpraktijk plaats. In de late jaren tachtig en vroege jaren negentig werd met de komst van de personal computer het gebruik van software gemeengoed. Daarbij ging het vaak om CAD software, die al ontwikkeld was in andere sectoren, zoals de auto- en vliegtuigindustrie, en om animatie en 3D-modeling software afkomstig uit de filmindustrie.
Soms werd software gewoon gebruikt vanwege de vele praktische mogelijkheden ter ondersteuning van het ontwerpproces. Maar het zorgde ook voor nieuwe creatieve toepassingen en een nieuwe vormentaal. Architectenbureaus begonnen ook met het ontwikkelen van eigen software voor specifieke doeleinden.
Het onderzoek Understanding Digital Architecture (2021-2022) laat onder meer zien hoe de nieuwe tools op verschillende manieren gebruikt werden en tot welke specifieke innovaties dit leidde, zoals nieuwe mogelijkheden voor data-based design, waarbij het ontwerpproces zwaar leunt op data die vergaard werden over het gedrag van toekomstige gebruikers. MVRDV onderzocht de relatie tussen data en ruimte sinds hun eerste 'datascape’ projecten in 1998. Er ontstonden nieuwe mogelijkheden voor visualisatie, expressie en ervaring. Het leidde, mede door de verdere ontwikkeling van software, tot de rendercultuur, augmented reality en reality immersive media, waarin ‘echte’ en digitale werelden in elkaar overvloeien.
Complexe bureauarchieven
Het gebruik van digitale tools is van invloed op de samenstelling en structuur van archieven en op de duurzame toegankelijkheid. Ze hebben vaak geleid tot de vorming van complexe bureauarchieven, waarbinnen de context van het ontwerpproces niet altijd goed traceerbaar is. Ontwerpers en architecten volgen een creatieve en vaak intuïtieve manier van ontwerpen, waarbij soms wordt gewisseld tussen analoge en digitale media. De digitale tools maken een hoge mate van iteratie mogelijk, een zich herhalende cyclus van ontwerpen, testen en aanpassen. Daardoor komen er allerlei kopieën met nieuwe varianten voor in een archief. De vorming, samenstelling en het soms gebrekkige beheer van de archieven bij archiefvormers levert ook een aantal specifieke risico’s op voor de duurzame toegankelijkheid van archieven die door Het Nieuwe Instituut verworven worden.
“ Het recyclen van ideeën werd een overlevingsstrategie in het snelle nieuwe normaal van architectonisch ontwerpen. MVRDV gaat zo ver dat het zijn eigen recyclingmethode systematiseert, gepubliceerd in het boek Copy Paste in 2017. Deze methode van ideeën recyclen roept interessante vragen op over het origineel en zijn rol in het acquisitieproces. Wat kan als origineel worden beschouwd in het domein van de born-digital architectuur? ”
In de digitale architectuurpraktijk ontstonden ook nieuwe mogelijkheden voor samenwerken en communiceren, wat bijdroeg aan de internationalisering en groei van de bureaus en aan de 'dynamische vernetwerking' van bureaus, functies, expertise en vaardigheden. Het ontwerpproces werd sneller, maar ook complexer en meer gefragmenteerd en daardoor moeilijker om te archiveren. Digitalisering heeft daardoor ook gevolgen voor wat we zien als auteurschap en originaliteit. Iteratie en de inhuur van digitaal vaardige en innovatieve ontwerpers spelen daarbij een belangrijke rol.
“ Stages bij gerenommeerde bureaus werden noodzaak voor jonge, ambitieuze architecten. Die jonge praktijkmensen en studenten kwamen bij grote bureaus binnen, niet zozeer om te leren ontwerpen, maar om hun digitale ontwerpvaardigheden in te zetten. Deze praktijk werd een breed bekritiseerde vorm van uitbuiting, maar ook een manier om het DNA van het bureau over de hele wereld te verspreiden. ”
Het waarderen en duurzaam toegankelijk maken van digitale archieven vormt een grote uitdaging. Het gaat daarbij om het bewaren van ontwerpen en het onderliggende ontwerpproces, het inzichtelijk maken van het gebruik van software en van de digitale innovaties die er plaatsvonden. De technologische omgeving waarbinnen digitale archieven gecreëerd worden verandert voortdurend, waardoor het in onbruik raken van software- en hardwareomgeving en het verlies van informatie steeds een risico vormen en raadpleegbaarheid nooit gegarandeerd is.
Rapport
Ania Molenda. Understanding Digital Architecture. Stories Born in the Digital Archive. Rotterdam: Het Nieuwe Instituut, 2022.
Verzamelthema
Understanding Digital Architecture legt relaties tussen verschillende onderzoeksprojecten van Het Nieuwe Instituut, zoals een herijking van het verzamelbeleid, het onderzoek naar analoge reproductietechnieken, het digitale archief van MVRDV en de inrichting van een Digitaal Archief. Het toenemend belang van digitalisering en born digital archieven is aanleiding om de wisselwerking tussen digitale cultuur en ruimtelijk ontwerp vanaf de jaren 70 als verzamelthema te kiezen. Welke archieven van welke actoren weerspiegelen de ontwikkelingen in de digitale architectuur? De uitwerking van dit verzamelthema biedt het kader voor de waardering en selectie van digitale archieven.
Inrichting Digitaal Archief
Understanding Digital Architecture bouwt voort op lessen die zijn geleerd tijdens het implementatieproces van het digitale archief, inclusief eerdere onderzoeksprojecten die er deel van uitmaakten, waaronder Between Creators and Keepers, een eerste inventarisatie van hoe digitalisering de praktijk van zes Nederlandse architectenbureaus heeft beïnvloed, en de ontwikkeling van een Preservation Policy voor het Digitaal Archief. Lees meer over preserveringsstrategiën van digitale archieven in het artikel Migreren en emuleren als strategie voor Het Nieuwe Instituut.